Deurwaarder wordt steeds internationaler

Deurwaarder
  • 05-11-2020
  • Leestijd: 2 minuten

Met het toenemen van de internationale handel komen ook steeds meer internationale geschillen voor. Steeds vaker krijgen wij de vraag om een buitenlandse titel tegen een Nederlandse schuldenaar te executeren. In Europa bestaan verschillende verordeningen om internationale procedures en tenuitvoerlegging te vereenvoudigen. Zo kan een Nederlandse deurwaarder een buitenlands vonnis ten uitvoer leggen zonder tussenkomst van de Nederlandse rechter. Voor de executie van deze titels zijn wel aparte regels opgesteld.

De manier waarop een buitenlandse titel in Nederland tenuitvoer kan worden gelegd, is afhankelijk van het moment waarop de rechtsvordering in het buitenland is ingesteld. Op basis van de EEX-verordening (voor wat betreft tenuitvoerlegging van in de EU gegeven beslissingen in burgerlijke en handelszaken) wordt er onderscheid gemaakt tussen Brussel I en Brussel I-bis.

EEX-Vo of ook wel aangeduid als Brussel I is voor rechtsvorderingen die zijn ingesteld voor 10 januari 2015. Hierbij is een exequaturprocedure in Nederland vereist. Er moet dan door middel van een verzoekschriftprocedure toestemming gevraagd worden aan de rechtbank voor tenuitvoerlegging in Nederland. De deurwaarder kan deze procedure verzorgen. Nadat toestemming is verkregen, wordt de titel samen met het verlof van de voorzieningenrechter aan de schuldenaar betekend.

Herschikte EEX-Vo of ook wel Brussel I-bis geldt voor rechtsvorderingen die zijn ingesteld op of na 10 januari 2015. In dit geval wordt er – op verzoek – door de buitenlandse instantie die de titel heeft verstrekt een certificaat afgegeven (artikel 53 EEX-Vo Brussel I-bis).

De (buitenlandse) titel en het certificaat art. 53 vormen tezamen een executoriale titel die in Nederland rechtstreeks tenuitvoer kan worden gelegd en deze worden door de deurwaarder aan de schuldenaar betekend.

Betekening aan de schuldenaar in Nederland is nodig, omdat deze in staat moet zijn om te beoordelen of hij in verweer kan en wil komen. De termijn hiervoor bedraagt één maand. Pas na deze maand mag de deurwaarder executiemaatregelen treffen.

Als er niet zo lang gewacht kan worden met executiemaatregelen kan er worden overgegaan tot het leggen van ‘bewarende’ maatregelen. Dat volgt uit artikel 40 van de verordening. Voor Nederland zal dat moeten worden uitgelegd als conservatoir beslag. Na het verstrijken van de termijn van één maand gaat dit conservatoire beslag van rechtswege over in een executoriaal beslag.

Het is dus goed om te weten dat de Nederlandse rechter er in dit soort internationale zaken helemaal niet aan te pas komt voordat wij gaan executeren.