Het wetsontwerp 35225 kent ook enkele verbeteringen. Eén daarvan is de formalisering van de verkoop van roerende zaken via internet. Als je het cynisch bekijkt kun je je ook afvragen wat het nut is van deze verbetering, omdat beslag bijna onmogelijk wordt gemaakt.
Net als bij de vastgoedveiling is gekozen voor een hybride systeem. De executant kan kiezen tussen internet of fysiek, dan wel een combinatie. De wet stelt bijzonder weinig eisen behalve dan dat het een toegankelijke website moet zijn. De vraag doemt dan op hoe je publiek bereikt als individueel kantoor. Ongetwijfeld zullen kantoren gaan kiezen voor een centrale plaats van kenbaarmaking zoals dat al jaren bestaat via veilingdeurwaarder.nl.
Het derdenbeslag kent een aantal majeure aanpassingen.
Verplicht digitaal beslag
De wetgever kiest voor het verplicht stellen van het digitaal leggen van derdenbeslag als de derde dat faciliteert: het nieuwe art. 475 lid 3 schrijft het digitale beslag dwingend voor.
Beslagvrije voet bij bankbeslag
Het nieuwe art. 475a in combinatie met 475aa reguleert de beslagvrije voet bij bankbeslag. De wet verplicht de schuldenaar en banken tot medewerking maar tot op dit moment (november 2019) weigert Justitie een digitaal bevraagbaar register te faciliteren. Dat zal er wel moeten komen willen de banken niet in papier gaan verdrinken.
De wetgever kiest in het ontwerp voor een variant waarbij de schuldenaar - ongeacht zijn situatie - altijd tenminste de volledige beslagvrije voet op zijn rekening beschermd weet. Ongeacht of hij al zijn verplichte betalingen heeft gedaan of niet. In het KBvG preadvies uit 2018 was een uitgebalanceerd systeem ontwikkeld waarbij rekening werd gehouden met betalingen zodat het beschermde saldo op een bepaald moment naar 0 ging. Zo kan een debiteur zijn geld spreiden over meerdere rekeningen en afhankelijk van zijn situatie tot 8 mille buiten bereik van een schuldeiser houden.
Heel bijzonder is het verrekenverbod voor banken na beslag; dan doemt de vraag op of men de hypotheek nog wel mag inhouden...
Het ontwerp zwijgt volledig over de bankvordering van de fiscus ex art. 19 Invorderingswet die dit systeem volledig doorkruist. Jammer genoeg heeft geen enkel kamerlid hierover vragen gesteld.
Verklaring in enkelvoud
De verklaring hoeft nog slechts in enkelvoud te worden gelaten. Deurwaarder en derde kunnen zelfs afspraken maken geen verklaring te laten. Dit neemt niet weg dat wel conform art. 476a verklaard moet worden. Justitie zal nog met een nieuw verklaringsformulier komen. Het concept dat in consultatie ging heeft terecht een storm van kritiek gekregen dus we houden ons hart vast. Voor alle duidelijkheid: de verklaring moet nu nog in duplo worden gelaten omdat het ontwerp Rv uit 1981 stamt en toen bestond nog zo iets als carbon. Kopieerapparaten waren dun gezaaid en duur.
Termijn voor de verklaring
Het ontwerp verkort deze termijn naar 2 weken met de aantekening dat de schuldenaar - net als onder huidig 476 Rv - bezwaar kan maken. De huidige termijn van 4 weken in een stapeling van 2 termijnen: 8 dagen voor de betekening en 14 dagen om in kort geding tegen de plicht tot verklaring op te komen. De bekorting van de termijn maakt de mogelijk tot bezwaar tot een illusie want als er tussen beslag en betekening 11 dagen zit (komt regelmatig voor) is de mogelijkheid van verzet praktisch niet uitvoerbaar. Hiertegen pleit dat het verzet nauwelijks voorkomt.
Enkel aan deurwaarder verklaren, niet meer aan de advocaat
De wetgever neemt hier een voorschot op de parallelle wetgeving over de beslagvrije voet die het begrip coördinerend deurwaarder invoert. In de praktijk komt afdracht aan een advocaat regelmatig voor. Dat wordt nu dus verboden, zij het voor nieuwe beslagen.
Enkele technische punten
De artikelen 555 ev Rv regelen de ontruiming. De wet kent tot nu toe geen verplichte aanzegging van een ontruimingsdatum bij exploot, die verplichting wordt nu ingevoerd.
Scheepsbeslag valt uiteen in Nederlandse registerschepen en niet registerschepen. Sinds de invoering van de regeling in 1992 is het een discussiepunt geweest of een geregistreerd schip wel met politiebijstand betreden mocht worden omdat een toepasselijkverklaring van dat artikel ontbrak, die lacune is nu ingevuld.